Ik was 3. Natuurlijk waren het toen nog geen bewuste gedachten, maar ik weet dat ik zelfs toen al bang was en altijd straf verwachtte. Vanaf dat moment werd mijn levensoel als kind om mijn ouders en de wereld te bewijzen dat ik wel een goed kind was. En dus gehoorzaamde ik zoveel mogelijk, maakte ik weinig geluid omdat mijn vader daar niet tegenkon, ruimde ik op zodra ik troep maakte, lachtte ik bijna altijd, ook als ik van binnen huilde en gaf ik zoveel mogelijk liefde.
Maar wat ik ook deed, het was nooit genoeg. Nooit kreeg ik een compliment of hoorde ik dat er van me werd gehouden. Ik werd totaal niet gezien en niet begrepen voor wie ik was. De drang om goed te zijn en lief gevonden te worden was zo groot, dat ik elke avond bad tot de engelen voor een wonder. Een magisch moment dat ze zouden zien dat ik wel een lief en goed kind was.
Toen dat wonder niet gebeurde, realiseerde ik me dat het best kon zijn dat ik licht was, maar mensen het niet konden herkennen omdat ze door een donkere bril naar me keken. Door dat besef ben ik veel innerlijk werk gaan doen, waardoor ik langzaam anders naar mezelf begon te kijken: positiever, minder veroordelend en hard. Wat anderen me al die jaren niet konden geven, gaf ik eindelijk aan mezelf.
Ik leerde mezelf vasthouden, accepteren, liefhebben en begrijpen. Steeds meer delen van mezelf, mooi en lelijk, kon ik zonder oordeel omarmen. Ik verdiende het om de waarheid te weten, zodat de pijn uit het verleden niet langer het heden zou bepalen. Want er waren zeker mensen geweest die me mooi, lief en goed vonden, maar ik was niet in staat dat binnen te laten. Simpelweg omdat ik nog steeds geloofde wat ze vroeger tegen me hadden gezegd: dat ik niet goed genoeg was.
Het proces van zelfontwikkeling veranderde alles. Het gaf me een solide basis van zelfliefde, zelfvertrouwen en acceptatie.
Mocht je het gevoel hebben dat delen in jou nog geloven dat ze geen liefde waard zijn en wil je dat veranderen, dan ben ik er om je hierin te begeleiden.
Je bent zo welkom!