Wanneer er bijvoorbeeld koekjes werden gestolen, werd er op voorhand van uit gegaan dat ik het had gedaan. In eerste instantie ontkende ik maar uiteindelijk nam ik de schuld op me omdat ik bang was dat het uit de hand zou lopen. Het gevolg was dat ik niet alleen beschuldigd werd van diefstal maar ook werd neergezet als vieze, vuile leugenaar. Het maakte niet uit wat ik zei, het was gewoon nooit goed. Ondanks het feit dat ik heel vaak onterecht werd gestraft, ging ik gebukt onder schuldgevoelens en zelfhaat.
Als jong meisje werd ik het huis uit gezet en kwam terecht in allerlei kindertehuizen, internaten, gast- en pleegezinnen. Door meerdere daders werd ik ernstig verwaarloosd, mishandeld en seksueel misbruikt.
Op twaalfjarige leeftijd kwam ik terecht in een pleeggezin. Vanaf de eerste dag werd ik mishandeld en seksueel misbruikt en binnen enkele weken, gedwongen tot prostitutie. Ik moest, god op de knieën bedanken, dat ik bij hen terecht kon. Ik was zelf verantwoordelijk voor de gemaakte onkosten en om alles terug te kunnen betalen, werd mijn lichaam verkocht aan wildvreemde mannen.
Zodra ik mijn naam hoorde, gingen alle alarmbellen af. Ik moest me gaan omkleden en opmaken om er ‘aantrekkelijk’ uit te zien. Onderweg naar het hol van de leeuw, bedacht ik allerlei vluchtplannen. Vluchten of me verzetten, had geen enkele zin. Het enige dat ik kon doen was hopen dat mijn naam niet werd genoemd en dat ik dus niet werd uitgekozen.
Wanneer het mijn beurt was, vluchtte ik weg in mijn hoofd. Mijn lichaam was op dat moment niet van mij. Tijdens het klaarkomen werd mij naam vaak genoemd en uitgeroepen. Doordat ik, als het ware, werd teruggeroepen en niet meer kon wegvluchten in mijn hoofd, maakte ik dit heel bewust mee. Ik walgde van mezelf, van alles en iedereen.
Mijn naam had zo’n negatieve lading dat ik het niet meer kon aanhoren. Meerdere keren per dag werd ik er mee geconfronteerd. Het was een heftige trigger waardoor ik vaak last kreeg van paniekaanvallen, beelden, nachtmerries en herbelevingen.
Na jaren behandelingen en therapieën besefte ik dat ik me niet schuldig hoefde te voelen over alles wat mij is overkomen en wat mij is aangedaan. Zij waren de volwassenen, ik was nog maar een kind. Ik besloot het contact met mijn ouders definitief te verbreken omdat ik, in hun ogen, nog steeds het moeilijke kind ben dat gewoon niet te vertrouwen is. Het ligt aan mij en aan niemand anders.
In mijn leven was er geen ruimte meer voor alle negatieve gedachten en gevoelens van mensen uit mijn verleden. Voor het eerst in mijn leven koos ik voor mezelf en mijn gezin.
Ik wilde niet meer aangesproken worden met de naam die mijn ouders mij hadden gegeven en die onlosmakelijk verbonden was aan de trauma’s. Het werd tijd om hier afscheid van te nemen.
Nadat ik besloten had mijn voornaam officieel te laten wijzigen hoefde ik niet eens op zoek te gaan naar een nieuwe. Voor mijn binnenwereld stond het namelijk al vast dat het Mirte moest worden. In eerste instantie dacht ik dat het gewoon mooi werd gevonden, totdat ik de volgende betekenis las: De Myrte is een boom of struik met witte bloesem die in alle jaargetijden groen blijft. Myrte draagt levensadem over en staat symbool voor wedergeboorte en nieuw ontkiemend leven.
Altijd groenblijvende bladeren, een wedergeboorte.. Hoe passend kan het zijn.